Podcast: Download
We gaan dieper in op kernenergie. Is kernenergie een oplossing voor de ecologische problemen.
het is vandaag zondag 29 november 2009, ik ben Jozef Van Giel en dit is de 39ste aflevering van deze podcast. Deze aflevering kwam tot stand mede dankzij Rik Delaet. Vandaag gaan we verder in op de ecologische problemen en hoe we ze kunnen aanpakken. Eindelijk gaan we dan nu even dieper in op kernenergie.
1. Kan kernenergie de aarde redden?
Gwyneth Craven is een milieuactiviste die vele malen op de barricaden stond tegen kernwapens en tegen kernenergie. Op een dag komt ze Rip Anderson tegen. Die ook heel sterk bekommerd is om de milieuproblematiek. Anderson is een oceanograaf. Hij is dan ook heel erg bezorgd om de problemen die voortkomen uit de CO2-uitstoot van onze maatschappij. Zijn bezorgdheid hieromtrent is niet alleen, wat iedereen verwacht, gericht op de opwarming van de aarde als gevolg van het broeikaseffect, waardoor gletsjers gaan smelten, woestijnen uitbreiden en laaggelegen woongebieden verdrinken. Anderson is ook bezorgd om de verzuring van de zeeën. Een belangrijke reden waarom de opwarming van de aarde nog even op zich laat wachten is dat er heel veel CO2-gas wordt opgenomen door de zeeën. Maar CO2 in water vormt koolzuur. CO2 is de stof die zorgt voor de bubbeltjes in bier, champagne en frisdrank. Maar dat koolzuur verzuurt de zee en dat zuur zorgt ervoor dat de schelpen van vele zeedieren die we eten oplossen waardoor ze dreigen uit te sterven. Ook koraalriffen, die zo essentieel zijn voor de biodiversiteit van de zeeën worden hierdoor bedreigd. Het gevolg daarvan zal zijn dat de zee niet meer als CO2-buffer zal werken.
Tijdens die bijeenkomsten sprak Rip voortdurend over lange-termijndenken en over het gebruik van kernenergie. Gwyneth wou maar niet geloven dat dit een valabel alternatief zou kunnen zijn. Uiteindelijk hebben ze besloten om kerncentrales te bezoeken en de feiten met eigen ogen vast te stellen.
Craven en Anderson hebben uiteindelijk samen een boek geschreven over deze ervaring met als titel: “The Power to save the World”. Ze hebben hierover getuigd op een bijeenkomst van de Long Now Foundation, een Californische organisatie die zich bezig houdt met denken over de lange-termijntoekomst van de mens.
Deze aflevering is voor een groot stuk op die presentatie gebaseerd, aangevuld met andere bronnen die ik zelf onderzocht. Op de notitiepagina van deze aflevering kan je een link vinden naar de originele tekst, de video en de podcast van de Long Now Foundation en mijn andere bronnen. Het origineel duurt een uur en driekwart, bijgevolg zal ik hier niet alles kunnen weergeven.
Om de energieproblematiek op te lossen moet je de feiten bekijken en daar kant-en-klare oplossingen voor zoeken. Het heeft geen zin om te hopen op technologieën die nog niet ontwikkeld zijn. Een belangrijk punt waar Anderson de nadruk op legt is de basisbelasting. Dat is de energie die nu, onmiddellijk door u en mij gevraagd wordt. Het netwerk van elektriciteitscentrales moet op elk moment precies de hoeveelheid energie kunnen leveren die door alle verbruikers wordt gevraagd. Het gaat erom dat het netwerk onmiddellijk de veranderingen in vraag moet kunnen opvangen. En dit op elk moment van de dag.. Als we naar die vraag kijken dan worden automatisch het aantal technologieën die daaraan beantwoorden beperkt tot waterkracht, fossiele brandstof en kernenergie. Zonne-energie, windkracht en geothermische energie zijn niet in staat om dat te doen.
Het is belangrijk om ook in te zien dat de wereld op het gebied van waterkracht ongeveer aan de maximum capaciteit zit. Als je dit inziet, dan besef je dat de discussie heel snel beperkt wordt tot het afwegen van kernenergie ten opzichte van fossiele brandstoffen. Je kan natuurlijk een belangrijk deel van de energie produceren via windturbines en zon, maar aangezien die energiebronnen de variaties niet kunnen opvangen, heb je andere installaties nodig voor een capaciteit die minstens gelijk is aan het verschil tussen de minimumbelasting en de maximumbelasting. Bovendien moet je daar bovenop reservecapaciteit voorzien om de verandering van productie op te vangen die het gevolg is van de zon- en windenergie. ’s Nachts heb je geen zonne-energie, maar wel elektriciteitsbehoefte. De energiebehoefte komt ook niet overeen met de momenten dat het waait.
Die redenering maakt duidelijk dat de keuze die gemaakt moet worden gaat tussen kernenergie en fossiele brandstoffen. De zogenaamde alternatieve energiebronnen kunnen wel een bijdrage leveren maar komen in deze discussie zelfs niet aan bod omdat ze de basisbelasting niet kunnen leveren. Wanneer kerncentrales worden stilgelegd, moeten er dus automatisch centrales op fossiele brandstoffen worden opgestart. Zo heeft Duitsland beslist om de nucleaire energie volledig te verlaten. Ondanks hun ambitieuze plannen met zonnecellen, zijn ze nu gestart met de bouw van 26 conventionele thermische centrales die op steenkool draaien. Het is ook duidelijk dat de energiebehoeften in de komende decennia niet zullen dalen ondanks alle inspanningen om er zuiniger mee om te springen. In veel ontwikkelingslanden zal de behoefte exponentieel stijgen, wat ook voor de hand liggend is als je bedenkt dat elke extra watt aan elektriciteit in een dorp de levensverwachting gevoelig doet stijgen. Het ziet ernaar uit dat de behoefte tegen 2030 zal verdubbelen. Als we onze wagens op fossiele brandstoffen zullen vervangen door elektrische wagens zal die behoefte zelfs nog vergroten. Ik hoor je al denken dat er ook nog het alternatief is van wagens die op waterstof rijden, maar waterstof is ook een secundaire energiebron. Dat betekent dat je waterstof eerst moet produceren. Dat doe je door elektriciteit door water te laten lopen. Men noemt dat elektrolyse. Je moet dus eerst op een milieuvriendelijke manier elektriciteit produceren.
Merk op dat buiten waterkracht, bijna alle elektriciteit geproduceerd wordt door iets te verbranden. Daarmee wordt water aan de kook gebracht en die stoom wordt door een turbine gejaagd die magneten doet ronddraaien tussen een aantal koperen spoelen. Op die manier ontstaat er elektrische energie in die spoelen, zoals in de dynamo van je fiets. Het gaat er dus om, van op een zo efficiënt mogelijke manier water te doen koken. Punt is dat 1 kilogram olie ongeveer 4 kilowattuur elektriciteit produceert, terwijl 1 kilogram uranium 50.000 kilowattuur energie produceert.
Maar hoe zit het met de broeikasgassen? Als je de cijfers in detail bekijkt dan kom je tot de vaststelling dat de grootste boosdoeners de kolencentrales zijn. Het effect van de kerncentrales is bijna nihil. Ze doen het beter dan zonne-energie en zelfs beter dan windturbines. Hoe is dat mogelijk? Wel, we moeten meenemen wat we in de vorige aflevering geleerd hebben. De levenscyclusanalyse. Je moet de CO2 emissie berekenen over zijn ganse levenscyclus. Je hebt fossiele brandstoffen nodig om de windturbines en kerncentrales te bouwen. In dat ganse verhaal moet je natuurlijk ook de ontginning van de grondstoffen, verrijking van uranium, transport van kolen en zo meerekenen. De wereldwijde verbranding van fossiele brandstoffen voor elektriciteit produceert 27 miljard ton CO2. Dezelfde hoeveelheid energie geproduceerd door kernbrandstof zou 14.000 ton vaste afval produceren en zou passen in een kubus met een zijde van ongeveer 16 meter. Dat past perfect in een ferme hangaar. De hoeveelheid gasvormig afval is te verwaarlozen.
Een andere interessante vergelijking is deze: als een gemiddelde Amerikaan gedurende heel zijn leven alle elektriciteit uit kernenergie zou halen zou de afval die hij daarbij produceert passen in een colablikje. Als het geproduceerd werd met kolen dan zou dat 69 ton vaste afval en 77 ton CO2 produceren. De statistieken van kolencentrales zijn zo slecht dat je je begint af te vragen waarom er geen betogingen tegen gehouden worden. Blijkbaar begint daar nu verandering in te komen. Op 19 november 2009 heeft Greenpeace in Antwerpen betoogt tegen de bouw van een nieuwe kolencentrale. Terecht.
Bovendien hebben we nog niet gesproken over al het giftige afval dat door kolencentrales geproduceerd worden waaronder: arsenicum, kwik, lood en niet te vergeten ook uranium en andere radioactieve stoffen. In de media wordt weinig ruchtbaarheid gegeven aan de gezondheidsschade die door kolenverbranding wordt teweeg gebracht, maar in de Verenigde Staten alleen al sterven jaarlijks 24.000 mensen aan de gevolgen van verontreiniging door kolencentrales. In China vallen er naar schatting jaarlijks 400.000 doden door steenkoolverontreiniging en mijnongevallen. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie zouden er jaarlijks wereldwijd 3 miljoen doden te tellen zijn omwille van vervuiling door de verbranding van fossiele brandstoffen.
Al deze problemen en de uitstoot van CO2 kunnen voor een zeer groot deel worden opgelost door het gebruik van nucleaire energie. Nucleaire energie is een belangrijke bron van bijna CO2-vrije elektriciteit en de technologie is ter beschikking en is voldragen. Het probleem is veel meer een politiek probleem dan een technologisch probleem. Maar hoe zit het met de radioactieve straling en de veiligheid van kerncentrales? Radioactiviteit wordt dikwijls gedemoniseerd als een verschrikkelijk en mysterieus gevaar dat in gelijk welke dosis moet vermeden worden. Ten eerste is er de lage radioactiviteit, waarvan de effecten door sommige drukkingsgroepen heel sterk worden benadrukt. Maar op verschillende plaatsen op aarde, zoals in Iran, en vele gebieden in Brazilië, India en China, is een verhoogde radioactiviteit omwille van de natuurlijke aanwezigheid van radongas in de grond en rotsen. De mensen die daar leven vertonen geen enkele verhoogde gezondheidsrisico’s ten opzichte van mensen die in laag radioactieve gebieden leven. Trouwens het grootste deel van de natuurlijke straling komt van radium en uranium uit rotsen en opgelost in de zee. Steward Brand beschrijft in zijn boek “Whole Earth Discipline, rethinking green”
http://fora.tv/2009/10/09/Stewart_Brand_Rethinking_Green een geval van gerecycleerd staal dat verwerkt werd in gebouwen in Taiwan. Dit staal bleek vervuild te zijn met radioactief kobalt. Hierdoor werden ongeveer 10.000 mensen gedurende 20 jaar blootgesteld aan straling tussen 40 .000 tot 600.000 millirem over die periode. De mensen die in Chernobyl stierven waren blootgesteld aan een acute straling van ongeveer 400.000 millirem. In een bevolking van 10.000 mensen sterven er in 20 jaar gemiddeld 200 mensen aan kanker. Onderzoek onder de bewoners van deze gebouwen wees uit dat er over die ganse periode welgeteld 7 mensen aan kanker overleden zijn. Het is dus heel belangrijk om een onderscheid te maken tussen acute blootstelling aan hoge dosissen radioactiviteit en langdurige blootstelling aan lage radioactiviteit. Maar dat is eigenlijk niet zo vreemd. Langdurige blootstelling aan een gematigde hoeveelheid warmtestraling, van bijvoorbeeld 22 °C gedurende 20 jaar heeft ook niet hetzelfde effect als een acute blootstelling aan dezelfde hoeveelheid warmtestraling van bijvoorbeeld 1500 °C gedurende 1 minuut.
De belangrijkste bronnen van radioactieve straling zijn voedsel en tabak.
Als we voeding opnemen, nemen we radioactieve isotopen mee op. Dat fenomeen wordt trouwens gebruikt om de leeftijd van levende organismen te bepalen. Of beter, van overleden organismen. Want eenmaal een organisme ophoudt te leven, stopt het ook met het opnemen van radioactieve isotopen. Vanaf dat moment beginnen de radioactieve isotopen alleen nog te degenereren. Vandaar dat je de leeftijd van bijvoorbeeld hout, of botten op die manier kan meten. Als je sigaretten rookt, krijgen je longen een radioactieve dosis van 8.000 tot 20.000 millirem. De achtergrondstraling is zo’n 300 millirem. Als je in de buurt van een kerncentrale woont, dan zorgt die voor een extra straling van 0,009 millirem per jaar dat is ongeveer dezelfde straling die je krijgt door het eten van een banaan. Als je dus de straling waaraan werknemers van een kerncentrale worden blootgesteld wilt beperken, dan moet je ze doen stoppen met roken.
Dan is er nog het begrip “natuurlijk”. Alhoewel we tijdens vorige afleveringen van deze podcast geargumenteerd hebben dat het feit dat iets “natuurlijk” of “onnatuurlijk” is, wat die termen ook mogen betekenen, helemaal geen argumenten zijn om zaken al dan niet te classificeren onder “goed” of “slecht”, “gezond” of “ongezond” of wat dan ook. Maar laten we dat argument toch even aanhalen. De stelling die we dus willen behandelen is: “Kernenergie is onnatuurlijk”. Nee. Als je even op onderzoek gaat, dan stel je vast dat er door de geschiedenis heen verschillende natuurlijke kernreactoren bestaan hebben. Onder andere de Oklo in Gabon. Het produceerde ongeveer 100 kilowatt energie gedurende 150 miljoen jaar. Het enige wat je nodig hebt is een omgeving waar uranium toevallig in de juiste concentraties aanwezig is onder de goede omstandigheden zodat de kettingreactie kan doorgaan. In Oklo was er ook het nodige water dat de geproduceerde energie kon afvoeren als een warmwaterbron. Toen alle radioactieve uranium opgebruikt was, stopte de reactor gewoon.
Nu, hoe werkt een kerncentrale eigenlijk. Het principe is niet zo ingewikkeld om te begrijpen: je hebt, om te beginnen, radioactief materiaal nodig. Atomen van een bepaald element bestaan in verschillende soorten. Die soort (of isotoop) wordt bepaald door het aantal neutronen dat er in de kern zit. De chemische eigenschappen van een element worden volledig bepaald door het aantal protonen en het aantal elektronen van dat element. Waterstof bestaat bijvoorbeeld uit een kern met één proton en daar rond bevindt zich één elektron. Maar in die kern kunnen er zich ook neutronen bevinden, waardoor die isotopen een beetje zwaarder zijn. Maar op chemisch vlak is er totaal geen verschil. In het geval van waterstof spreken we dan van deuterium en tritium. Deuterium is stabiel. Dat betekent dat ze in principe voor een onbeperkte periode kunnen bestaan. Maar er zijn ook isotopen die onstabiel zijn. Koolstof-14 bijvoorbeeld, dat is koolstof met 14 kerndeeltjes, dus 6 protonen en 8 neutronen, breekt spontaan af tot stikstof en bètastraling.
Uranium heeft ook radioactieve isotopen. Bovendien kan men het radioactief verval bij uranium-235 versnellen door het met neutronen te beschieten. Maar uranium dat vervalt produceert een neutron, stoffen zoals plutonium, krypton en neptunium en energie volgens de wet E=mc². Het neutron dat vrijkomt kan dan botsen tegen andere uraniumkernen waardoor de reactie wordt verder gezet. De energie komt vrij in de vorm van warmte waarmee dan stoom kan geproduceerd worden die op zijn beurt door turbines kan gaan en op die manier een generator doet draaien die elektriciteit produceert.
Het proces wordt gecontroleerd door de vrijgekomen neutronen meer of minder op te vangen.
Om dit proces de laten doorgaan moet het uranium verrijkt worden. Dat betekent dat de verhouding aan radioactief uranium-235 ten opzichte van stabiel uranium-238 moet stijgen. Aangezien het radioactief uranium minder kerndeeltjes heeft is het lichter en kan je het verrijken via centrifuge. Voor een kerncentrale moet je verrijken tot 4%. Voor een atoombom moet je tot 90% gaan. Vandaar dat een kerncentrale onmogelijk kan ontploffen als een atoombom.
Hoe zit dat trouwens met die veiligheid? En met de ongelukken?
Tijdens de ganse geschiedenis van de kernenergie zijn er tot nu toe twee zogenaamde “meltdowns” geweest. Dat betekent dat de koeling van de reactor wegvalt zodat deze zo heet wordt dat hij wegsmelt.
http://en.wikipedia.org/wiki/Nuclear_meltdown
De eerste was de meltdown in Three Mile Island in Amerika en de tweede was Chernobyl.
Bij Three Mile Island heeft de bunker waarin de kernreactor zich bevindt ervoor gezorgd dat er geen radioactief materiaal kon wegvloeien. Er vielen geen gewonden.
In het geval van Chernobyl is het nogal opmerkelijk dat er weinig mensen zich van bewust zijn dat er in totaal niet meer dan 60 mensen overleden zijn. Elke dode is natuurlijk erg, maar het is ook belangrijk om er zich van bewust te zijn dat dat minder doden zijn dan dat er in Amerika alleen al in één maand vallen in de kolenindustrie. De meeste slachtoffers waren reddingswerkers, brandweer. Er zijn negen kinderen overleden aan onbehandelde schildklierkanker. En indien ze jodiumpillen hadden gekregen, zou er geen probleem geweest zijn.
Maar de kerncentrale van Chernobyl was een oud Russisch model waarbij de kernreactor niet afgeschermd is in een bunker. Alle westerse, Europese en Amerikaanse modellen hebben dit wel.
Die bunker is trouwens zeer stevig gebouwd. Het Pentagon lijkt daar tegenover van papier, zodat een vliegtuig dat daar tegen aan vliegt gewoon tot een platte vijg wordt herleid. En dat is ook effectief uitgetest geweest! In Sandia in de VS.
Toen Cravens de kerncentrales bezocht was ze onder de indruk van de veiligheidsvoorschriften. Tijdens hun bezoek aan de kolencentrales hebben ze echter toestanden gezien die in kerncentrales ondenkbaar zijn.
Maar hoe zit het dan met het afval?
We hebben al gezegd dat de hoeveelheden kernafval die geproduceerd worden zeer klein zijn ten opzichte de afval die geproduceerd wordt door een centrale die fossiele brandstoffen verbrandt. Bovendien worden de afvalstoffen van klassieke verbranding gewoon geloosd in de lucht, het water of het wordt gestort.
Over het afval van kernenergie wordt heel goed nagedacht. En er wordt op lange termijn gedacht. Men zoekt naar stabiele geologische formaties waarvan men weet dat ze zelfs miljoenen jaren niet zullen bewegen. Kernenergie is de enige industrie die al voor de verwerking nadenkt over de uiteindelijke bestemming van het afval. Het is ook de enige industrie die een fonds aanlegt om dat afval op lange termijn te beheren.
Maar eigenlijk is dat zelfs geen goed idee. In het kernafval van de huidige kerncentrales zit nog enorm veel energie en de nieuwe generatie kerncentrales waarvan de technologie nu al rijp is, kunnen deze afval nog met 90% reduceren. Geleidelijk aan wordt het duidelijk dat we beter het kernafval voor de volgende generaties bijhouden in hangaars in plaats van het te verglazen en diep onder de grond te steken. Op die manier kunnen deze volgende generaties het opnieuw nuttig gebruiken.
Deze manier van denken wordt door het ganse proces doorgetrokken. Uraniummijnen worden over het algemeen veel beter beheerd dan bijvoorbeeld kolenmijnen. Bovendien worden er tijdens de exploitatie fondsen opgebouwd voor de sluiting van de mijn. De omgeving wordt opnieuw gerestaureerd.
Bovendien zijn heel veel uraniummijnen gelegen in stabiele landen zoals Canada en Australië en in veel verschillende landen zodat men niet afhankelijk wordt van bepaalde regimes. De huidige bewezen voorraden zijn er voor meer dan 200 jaren. Bij zo’n bedrag stopt men met verder zoeken.
Maar hoe zit het dan met het gevaar voor een atoombom? Ik heb al uitgelegd dat je voor een atoombom uranium nodig hebt dat verrijkt is tot 90% terwijl het uranium voor kerncentrales maar tot 4% verrijking nodig is. Het bouwen van een verrijkingscentrale die splijtstof kan produceren die geschikt is voor een bom, heeft met andere woorden een totaal andere architectuur. Als een land een dergelijke fabriek bouwt, moet dat duidelijk vast te stellen zijn. En men zal een land niet weerhouden om aan een atoombom te werken door hen te verbieden om kerncentrales te bouwen.
Ten slotte is het ook belangrijk om te melden dat de kernenergiesector momenteel heel sterk meewerkt aan de ontmanteling van atoombommen. Momenteel wordt in Amerika 50% van de kernenergie geproduceerd via de ontmanteling van atoombommen.
Mensen vragen me dan wat ik denk van warmtekrachtkoppeling. Warmtekrachtkoppeling is wat het woord eigenlijk zegt. In sommige industrieën heeft men warmte of stoom nodig op relatief lage temperaturen. Bijvoorbeeld bij het verven van textiel wordt dikwijls stoom gebruikt om de verf te fixeren. Wat men dan doet is stoom produceren op een hogere temperatuur en druk, die eerst door turbines laten lopen om elektriciteit te produceren en dan de uitlaat hiervan gebruiken als de processtoom waarvoor het uiteindelijk bedoeld was. Het rendement van die elektriciteitscentrale is lager dan die van één die alleen maar elektriciteit produceert omdat je de temperatuur niet mag laten zakken tot de laagst mogelijke waarde. Het rendement van de stoomproductie is ook lager dan een pure stoomproductie omdat je de stoom aan het begin tot een hogere temperatuur moet opwarmen. Maar gecombineerd geven ze samen een hoger rendement dan wanneer je beide machines apart zou gebouwd hebben.
Maar de goede luisteraar zal opgemerkt hebben dat je toch moet beginnen met warmte te produceren. En als die warmte dan met fossiele brandstoffen geproduceerd hebt zit je nog altijd met hetzelfde probleem. Warmtekrachtkoppeling is dus goed om de energie beter te benutten, maar misschien moet je de warmte voor die warmtekrachtkoppeling met kernenergie produceren.
Het windturbinepark van de Thorntonbank die voor de Belgische kust wordt opgetrokken, zal ongeveer 3% van de Belgische vraag naar energie kunnen voldoen. Met het geld waarmee dat windmoleneiland zal gebouwd worden kunnen ook twee kerncentrales gebouwd worden, die 10 keer zoveel energie produceren. Het is ook belangrijk om daarbij te beseffen dat die kerncentrales een minimale impact hebben op de open ruimte, wat van een windturbinepark niet kan gezegd worden.
Als je alle kerncentrales in België zou vervangen door windturbines dan mag je bijna gans het land vol zetten met masten. Om een idee te geven: een typische windturbine heeft een vermogen van 8 MW. Laat je niet misleiden want dat is het piekvermogen. Dat betekent, het vermogen bij een ideale wind en volle belasting. Het nominale vermogen van zo’n turbine is ongeveer 2 MW. De 4 reactoren van Doel produceren 2.800 MW. Om Doel volledig te vervangen moet je dus 1.400 windmolens bouwen, bovendien moet je dan nog het probleem van de windstille dagen oplossen.
Youtube: lightbulbs.
Op de notities van deze aflevering heb ik ook nog een youtube filmpje gehangen waarin een fysicus uitlegt in termen van aantal gloeilampen, hoeveel energie een kerncentrale produceert en hoe weinig energie een windturbine produceert.
Ik zou je nog willen vertellen over thoriumcentrales, die in staat zijn om met vloeibare kernbrandstof te werken, over de Franse president Sarkozy die heeft aangekondigd in 2020 de eerste vierdegeneratiereactor in gebruik te nemen. Als dit prototype een succes wordt zullen er ongetwijfeld meer volgen. Bij succes zal de wereldvoorraad uranium nog 10.000 jaar meegaan in plaats van slechts 50-100 jaar. http://nl.wikipedia.org/wiki/Generatie_IV_reactor
En ook over de nieuwe kleine centrales die door producenten gepromoot worden.
Maar mijn tijd is op.
Blijft de vraag nog: kan kernenergie de wereld redden? Sinds we het vuur ontdekten, heeft de mens altijd gevaarlijke verschijnselen in zijn voordeel toegepast. Ook kernenergie heeft zijn gevaren, maar net als met vuur, hebben we die onder controle gekregen. We kennen vrij goed de risico’s en weten ook goed hoe we er ons tegen moeten beschermen. Ik denk dat het niet benutten van kernenergie om de huidige milieuproblemen aan te pakken een misdaad is. Maar denken dat alleen kernenergie alle problemen zal oplossen is natuurlijk een illusie. We moeten niet al onze eieren in dezelfde mand leggen. Mijn buurman die een succesvolle landbouwer is weet ook dat hij verschillende gewassen moet zaaien. Dat heet risicospreiding. Kernenergie hoort zeker tot die favoriete gewassen die er moeten bij zijn.
We moeten nu de problemen oplossen! We kunnen niet nog 50 jaar wachten to misschien kernfusie mogelijk zal zijn. Of totdat we alle energie via zonnecellen kunnen winnen en de batterij-technologie voldoende op punt staat om genoeg energie te stockeren voor die donkere en windstille dagen. Of biodiesel kunnen produceren met algen.
Wie niet overtuigd is moet eens naar mijn website gaan en de verschillende links aanklikken die ik op de notitiepagina van deze aflevering heb voorzien.
http://blog.longnow.org/2007/09/17/185/
http://fora.tv/2007/09/14/Could_Nuclear_Power_Save_the_Planet
http://lvb.net/item/4699
Vierde generatie Kernenergie:
http://www.nrg-nl.com/product/ppt_nl/gen4/nucgens/index.html
http://www.nuclearforum.be/nl/themas/toekomst/kernenergie-op-weg-naar-meer-duurzaamheid
http://nl.wikipedia.org/wiki/Kernenergie
http://www.brainpickings.org/index.php/2009/10/15/stewart-brand-whole-earth-discipline/
Ik aanzie het als een extreem gevaarlijke doctrine, want hoe meer we geloven dat de oplossing van buitenaf zal komen, hoe minder waarschijnlijk het is dat we onze problemen zelf zullen oplossen.
Kernenergie is een goede energiebron zolang het proces goed en veilig wordt beheerst. Wanneer er problemen ontstaan met de installatie kunnen de gevolgen vernietigend zijn. Het proces is technisch gezien wel te beheersen zolang er voldoende controle wordt uitgevoerd. Maar een natuurramp heb je niet in de hand. De situatie in Japan is daar een duidelijk voorbeeld van. Nu lekt er iedere dag zwaar besmet water in de zee. Japan zoekt koortsachtig naar oplossingen . Nu kan men achteraf over de situatie in Japan conclusies trekken. De belangrijkste conclusie die ik trek is: een natuurramp heb je niet in de hand, wees daarom voorzicht met het plaatsen van kerncentrales op risicovolle plaatsen (zoals bij de zee en langs breuklijnen in de aardkorst). Ook Nederland is als land niet helemaal vrij van risico’s. Wanneer de dijken bezwijken staat ons land ook voor een groot deel onder zeewater. De waterdruk vernietigd menig gebouw en daarmee ook een kerncentrale.
Bedankt voor je reactie Peter.
Ik ben het grotendeels met je eens. De radioactiviteit die in Fukushima wegstroomt is zeker niet onschuldig, maar het is wel belangrijk om de beseffen dat er in de stille ocean in de “ring of fire” minstens evenveel radioactieve stoffen in zee stromen door natuurlijke oorzaken (vulkanisch).
Hallo Jozef,
dan wordt het probleem in de toekomst alleen maar groter. Het lijkt er op dat het wat in de zee steeds giftiger wordt. Dat water verdampt natuurlijk. Weet jij ook of de radioactiviteit in de regen weer naar beneden komt of is dat onzin?