Podcast: Download
Managers staan te drummen om als eerste te kunnen zeggen dat het belangrijkste kapitaal van een onderneming het menselijk kapitaal is. Als ze technische innovaties willen, dan verwachten ze terecht dat de beste wetenschappelijke inzichten gebruikt worden om zo effectief mogelijk tot resultaten te komen. Maar van zodra ze moeten beslissen over dat menselijke kapitaal lijken wat buikgevoel en de eerste de beste goeroe meer dan goed genoeg. Nochtans bestaat er veel goede wetenschap om zich op te baseren om menselijk kapitaal effectief te beheren.
In de vorige aflevering zijn we ingegaan op hoe wetenschap en empirisch onderzoek werkt. Vooraleer we over de wetenschappelijk onderbouwde theorieën spreken, zullen we eerst een onvolledig overzicht geven van enkele praktijken die nog steeds dagelijks gebruikt worden in veel bedrijven, maar gebaseerd zijn op gebakken lucht. Als je in loondienst werkt, of zelf een onderneming hebt, zal je ongetwijfeld enkele van deze praktijken herkennen en het is zelfs mogelijk dat je ze tot nu toe voor waar aangenomen hebt.
Zo niet, dan raad ik je aan om het boekje De HR-ballon, 10 populaire praktijken doorprikt. van Patrick Vermeren eens te lezen of de website evidencebasedHRM.be te bezoeken waar je een meer uitgebreide lijst tegenkomt.
Dus, opgepast! Vandaag gaan we spreken over pseudowetenschap
Denk eens aan een bekende psycholoog. Gewoon de eerste die in je opkomt. Ongetwijfeld is de naam Sigmund Freud door je hoofd gegaan.
Zo niet, dan misschien Carl Gustav Jung. Als je in Frankrijk leeft heb je misschien aan Jacques Lacan gedacht.
Gefeliciteerd, dit zijn mensen die de psychoanalyse vertegenwoordigen. Je mag daar ook nog Adler bij rekenen. Maar psychoanalyse is geen wetenschap. Er is geen empirisch bewijs dat hun theorieën kloppen. Voor zover je van een theorie kan spreken.
Sigmund Freud werd al in zijn tijd zwaar bekritiseerd. Na zijn overlijden heeft zijn dochter bekend gemaakt dat hij het verslag van zijn belangrijkste patiënt, Anna O., vervalst had. Verre van genezen te zijn na zijn behandeling heeft ze de rest van haar leven in een psychiatrisch centrum doorgebracht. Freud was het favoriete voorbeeld van Karl Popper van een niet falsifieerbare theorie. De uitspraak “not even wrong” (“zelfs niet fout”) wordt hier soms voor gebruikt. Volgens epistemologen is “zelfs niet fout”, slechter dan “fout”, want een foute theorie is een theorie die tenminste goed beschreven is zodat ze falsifieerbaar is. Alleen, ze is ooit door de mand gevallen tijdens een falsificatiepoging.
Inderdaad. Freuds beweringen waren niet falsifieerbaar. Freud had altijd gelijk. Als Freud een patiënt voor zich had, kwam hij na enkele dure consultaties met een verklaring voor de ziekte van zijn patiënt. Zijn verklaring bevond zich heel dikwijls in de incestueuze sferen. Heel dikwijls verklaarde Freud de psychiatrische aandoening door te beweren dat de patiënt in haar jeugd (het ging meestal om rijke vrouwen) misbruikt geweest is door haar vader of een nonkel of zo en dat ze die ervaring verdrongen had waardoor ze zich niets meer herinnerde. Het onderbewuste van de patiënt hield deze herinnering echter nog vast, waardoor er blokkades ontstonden die de psychiatrische symptomen verklaarden. Als de patiënt de door Freud aangehaalde “herinneringen” ontkende, dan weet Freud dit aan de verdringing. De patiënt was niet in staat om deze herinneringen weer op te roepen omdat ze verdrongen waren. De patiënt had dan nog veel psychoanalytische sessies nodig om de herinneringen uit het onderbewustzijn los te maken. Als de patiënt toegaf dat dit inderdaad gebeurd was, dan toonde dat aan dat Freud gelijk had met zijn verklaring. Dus, wat de patiënt ook zei, Freud had altijd gelijk.
Ondertussen weten we dankzij het onderzoek van onder andere Elisabeth Loftus dat verdrongen herinneringen bij traumatische gebeurtenissen niet bestaan. Traumatische herinneringen worden meestal net zeer goed onthouden. Zo goed dat de patiënt erdoor lijdt en therapie nodig heeft om met de herinnering te leren leven. Maar Loftus toonde wel aan dat er zoiets bestaat als het false memory syndrome. Als je genoeg inpraat op mensen zullen ze zich dingen herinneren die nooit gebeurd zijn. Waarschijnlijk zijn de bekentenissen die de patiënten van Freud maakten te verklaren door dit verschijnsel. Het is bekend dat er veel vaders door hun kinderen vals beschuldigd zijn van incest na een behandeling door een psychoanalist. We spraken daar al over in aflevering 30 over het essay van Jan De Laender.
Carl Gustav Jung, een leerling en afvallige van Freud, heeft nooit aan ernstig wetenschappelijk onderzoek gedaan, maar schreef vanuit zijn intuïtie (begrijp: zoog alles uit zijn duim). Hij geloofde in paranormale verschijnselen zoals telepathie, spoken, spiritisme en astrologie. Hij geloofde dus onder andere dat je kan spreken met de doden, wat waar is. Het enige probleem is dat ze niet antwoorden.
Jacques Lacan is minder bekend bij het grote publiek buiten Frankrijk, maar zijn geschriften zijn gewoon compleet geschift. Je moet maar eens op YouTube Jacques Lacan intypen en willekeurig één van zijn lezingen beluisteren die hij gaf. Ze zijn compleet onbegrijpelijke wartaal. Zo schreef hij ooit een dissertatie waarin hij aantoonde dat het mannelijk geslacht gelijk is aan de wortel van -1. Dat lijkt erg geleerd, maar het is wat Richard Feinmann “cargo cult” zou noemen. Oppervlakkig lijkt het op wetenschap, maar als je beter luistert, stel je vast dat het onzin is.
Dit zijn zowat de belangrijkste autoriteiten van de psychoanalyse. Een discipline die voor de psychologie ongeveer is wat de alchemie was voor de chemie en wat de astrologie was voor de astronomie: een prewetenschappelijk probeersel dat in de universiteiten alleen nog een achterhoedegevecht voert.
Maar wat heeft dat nu met praktijken in de human resources-wereld te maken?
Dat veel van de populaire praktijken in die wereld gebaseerd zijn op de psychoanalyse.
Hier is het lijstje.
MBTI® (Myers Briggs Type Indicator.).
MBTI is ontwikkeld door twee zakenvrouwen (moeder Myers en dochter Briggs) die niets van psychologie afwisten, maar een boek van Carl Jung hadden gelezen. Ze hebben de typologieën van Jung bekeken en zich daarop geïnspireerd om de mensen in te delen in zestien verschillende types. Door een vragenlijst in te vullen, wordt je voor vier verschillende categorieën volgens één van de twee mogelijke letters op die as ingedeeld. Zo ben je introvert of extravert. Maar voor alle duidelijkheid, hun indeling laat niet toe om er ergens tussen in te zitten. Je hebt dus vier keer twee mogelijkheden wat een totaal van zestien combinaties maakt.
Bij MBTI krijgt iedereen die de test doet 4 letters opgespeld afhankelijk van het resultaat van de test. Voor elke letter zijn er twee mogelijkheden, De letters zijn:
- Voor de eerste letter een E of I (Extravert of Introvert)
- Voor de tweede letter een S of N (Sensing of Intuition)
- Voor de derde letter een T of F (Thinking of Feelinig)
- Voor de vierde letter een J of P (Judging of Perceiving).
Dus een individu kan bijvoorbeeld het MBTI profiel ENTJ krijgen, wat betekent dat hij Extravert is, Intuïtief, Nadenkend en Oordelend is. (wat onzin is natuurlijk, maar zo werkt MBTI).
De situatie is nog erger, want introvert en extravert kan je inderdaad wel als elkaars tegengestelde zien, maar dat geldt niet voor de meeste andere letters. Zo worden bijvoorbeeld Thinking en Feeling tegenover elkaar gezet. Ben je en rationeel of een emotioneel. Maar het tegengestelde van rationeel is irrationeel, niet emotioneel.
Verder zetten ze ook nog intuïtief tegenover waarnemen en oordelen tegenover percipiëren. Gefeliciteerd, van de vier dimensies hebben ze er maar één juist wat betreft het elkaars inverse zijn van de twee mogelijkheden. Als we kijken naar de wetenschappelijk onderbouwde persoonlijkheidskenmerken dan hebben ze er ook maar één juist als zijnde een persoonlijkheidskenmerk, maar ze slaan de bal compleet mis als we vaststellen dat ze geen ruimte laten voor nuance en de mensen enkel classificeren in twee extremen op vier dimensies.
De methode werd nooit wetenschappelijk onderbouwd en insinueert dat je de volledige wereldbevolking kan classificeren in 16 types, wat een gevaarlijke bewering is. Wees altijd wantrouwig als er een ® of ™ achter de methode staat. Dat betekent alleen dat het een commercieel product is dat geoptimaliseerd is om goed te verkopen, niet om psychologisch inzicht te verschaffen. Een belangrijk probleem met foute modellen is dat mensen op een verkeerd spoor worden gezet. Zo doet MBTI mensen geloven dat je ofwel emotioneel ofwel rationeel bent, maar nooit beiden tegelijk. Bovendien geeft het de indruk dat mensen in 16 types kunnen worden onderverdeeld. Tenslotte geeft het de indruk dat de mens onveranderlijk is, wat dan weer problematisch is in het kader van de mindset-theorie van Carol Dweck waarover we het verder zullen hebben.
Ondanks alle kritiek op MBTI is deze theorie nog altijd zeer populair. Regelmatig kom ik op LinkedIn een profiel tegen van iemand die fier is op zijn MBTI-profiel en het erin publiceert. Het enige wat zo’n profiel over iemand zegt, is dat hij niet kritisch kan denken.
De verkopers van de methode beweren dat hun techniek gevalideerd is met een enorme hoeveelheid data afkomstig van miljoenen mensen die door hen getest zijn. De werkelijkheid is dat de methode een heel lage test-hertest betrouwbaarheid heeft. Als je iemand zijn MBTI-profiel opneemt en dat drie weken later nog eens doet, is er een grote kans dat je een ander resultaat krijgt. In aflevering 184 hebben we een artikel ingelezen van Adam Grand over MBTI.
MBTI bestaat al een tijdje en als je die methode gebruikt moet je royalties betalen aan de onderneming achter MBTI. Daarom zijn er altijd gewiekste zakenmensen die hun eigen versie van de typologieën van Jung toepassen. De laatste jaren is zo de methode “Insights™” (met trademark-teken) steeds populairder geworden als typologie. In dat model laat men je geloven dat mensen kunnen ingedeeld worden volgens 4 “kleuren” (Rood, Geel, Groen en Blauw). Door enkele vragen te beantwoorden wordt je in één van de vier kleurtypes ingedeeld. Je krijgt een heuse grafiek te zien waarin men je persoonlijkheid uitzet naarmate ze overeenkomt met elk van de kleuren. Op die manier proberen ze de kritiek te counteren dat het mensen in vakjes steekt en de indruk te geven dat het systeem genuanceerd is. Men berekent ook je onderbewuste persoonlijkheid, eigenlijk gewoon de inverse functie van de eerste. Deze extra berekeningen dienen enkel om het meer wetenschappelijk te laten lijken. Als je er veel wiskunde bijhaalt, moet het toch echt wel wetenschappelijk onderbouwd zijn, niet? Wel, astrologen moeten ook heel veel rekenen. Uiteindelijk doen die berekeningen er helemaal niet toe, want de mensen worden in de stereotypen ingedeeld die volgens de vragenlijst bij hen het meeste punten scoorde en de rest wordt meestal vergeten, tenzij de persoon vaststelt dat er ergens iets in zijn persoonlijkheid niet helemaal overeenkomt met zijn kleur, dan wordt er snel bij verteld dat dat komt omdat hij ook nog een beetje van één van de andere kleuren heeft. Het model is dus niet falsifieerbaar, weet je nog?
Beoefenaars van deze methode zullen je fier vertellen dat hun model gebaseerd is op de theorieën van Carl Jung, wat door de meeste deelnemers van die sessies met ontzag wordt aangenomen. Meestal zijn die zich er niet van bewust dat zeggen dat een psychologisch model gebaseerd is op Jung ongeveer gelijk staat met zeggen dat een bepaald geneesmiddel gebaseerd is op de theorie van Hahnemann of dat iemand een vliegtuig ontworpen heeft en zegt dat het gebaseerd is op de theorieën van Panamarenko. Die beoefenaars tonen daar vooral mee dat ze niet weten waarover ze spreken.
Toen ik eens iemand, die beoefenaars van Insights had ingehuurd, erop wees dat de methode niet wetenschappelijk onderbouwd is, antwoorde hij me: “Het is misschien niet wetenschappelijk onderbouwd, maar de deelnemers herkennen zich wel in hun type en uiteindelijk is het alleen de bedoeling om een kader te scheppen waarbinnen kan gesproken worden over hoe je best met elkaar omgaat”. Zo zie je het Forer-effect life aan het werk. Dat is eigenlijk wel het slechtste argument dat je kan bedenken om dergelijke praktijken te verdedigen. Als het enkel de bedoeling is om een kader te scheppen, dan zou je dat kader ook kunnen scheppen door de astrologische dieren van de deelnemers te bekijken, dat is veel goedkoper dan die duurbetaalde consultants. Bovendien is gebruik maken van een wetenschappelijk onderbouwd model als kader steeds beter. Zo’n fout kader is alsof je iemand op reis stuurt naar Parijs en om de weg te vinden, geef je hem een kaart van de stad Isengard uit Lord of The Rings. Die bestaat niet echt, maar het schept wel een kader.
Mensen hebben ook de neiging om te denken dat dat soort ideeën misschien wel niet werken, maar ook geen kwaad kunnen. Maar als je van een groot bedrijf vijfhonderd kaderleden naar een tweedaagse stuurt waarin je met dit soort zaken wordt geconfronteerd, dan kost dat al gauw een miljoen euro. Een serieus budget dat door de HR-afdeling veel nuttiger besteed zou kunnen worden. Ik heb zelf ooit meegemaakt dat dergelijke modellen nog ergere consequenties kunnen hebben. Er was ergens een conflict geweest met een medewerker, die op een bepaald ogenblik zijn frustraties over de organisatie in zijn bedrijf kwijt moest toen het teveel werd. Zijn overste reageerde erop dat er niet te veel aandacht aan besteed moest worden, want hij was een groene. Waarmee hij niet een milieubewuste persoon bedoelde, maar iemand van het type groen uit Insights. Degelijke modellen doen mensen in stereotypen denken en dat is schadelijk.
Veel mensen die niet vertrouwd zijn met psychologie, halen graag hun mosterd bij de psychoanalyse, om hun eigen bron van inkomsten in de HR-wereld te genereren. Het is gekend bij het grote publiek en het klinkt goed.
Zo hebben we ook nog de Transactionele Analyse (afk. TA), die uitgaat van de ouder-kindrelatie, alomtegenwoordig in de psychoanalyse. Ze vertrekt vanuit de modellen van de Canadese psychoanalist Berne. Een populaire uitspraak die uit de TA komt en die je misschien wel zal kennen, is: “Ik ben oké, jij bent oké.” Bij de TA beweert men dat alle psychologische problemen een keuze zijn. Volgens de TA hebben mensen een onbewust levensplan dat vroeg in het leven geschreven wordt en mensen streven dit onbewust na. Elke manier van interactie tussen twee mensen wordt beschreven op basis van een ouder-kind, kind-ouder, kind-kind of ouder-ouder relatie. Als kind zijn we emotioneel en als ouder rationeel. Opnieuw zien we hier dat het model zoekt naar simplistische modellen om het gedrag van mensen te verklaren en de neiging heeft om op die manier mensen of gedrag in vakjes te plaatsen. Volgens de Transactionele Analayse zijn psychologische problemen een keuze.
Dan is er het Enneagram™. Ik had er tot voor kort alleen maar over gelezen, onder andere in het boekje de HR-ballon van Patrick Vermeren, maar enkele maanden geleden kwam ik waarlijk iemand tegen die dit model serieus neemt en er enthousiast over is. Het Enneagram is ook een simplistische typologie die mensen in 9 types indeelt. Je moet echt moeite doen om de parallellen met astrologie en tarotkaarten niet te zien. Er wordt een geometrische figuur in een cirkel getekend waarin negen punten worden aangeduid en er lijnen tussen die punten getekend worden zodat je een figuur krijgt die wat weg heeft van een negenhoekige ster. Je voelt je echt in de sferen van de waarzeggerij. Opnieuw wordt, de psychoanalyse eer aandoende, er gegoogeld met het onderbewuste in de mens.
WikipediA zegt het volgende over het Enneagram: “Van het enneagram wordt gezegd dat het een eeuwenoude studie van menselijke motivatie is,[1] maar hiervoor is geen enkele evidentie; waarschijnlijker is het dat het getallenschema in het begin van de twintigste eeuw is bedacht door George Gurdjieff, een Armeens filosoof en mysticus, die door de wetenschap als fantast wordt beschouwd.” Wikipedia weet ook te vertellen dat de Chileense psychiater Claudio Naranjo zorgde voor de verdere verspreiding van het model.
Volgens KloptDatWel kan je zelfs promoveren op het enneagram aan de Radboud-universiteit.
Ook de niet onderbouwde ideeën van Carl Rogers (Extreme Coaching) worden tijdens seminaries en opleidingen in zogenaamde ‘soft skills’ graag geserveerd. Rogers gaat ervan uit dat elk gesprek goed is bij coaching. Ook Rogers haalde zijn mosterd bij Jung.
Er zijn nog veel HR-modellen die zich baseren op de psychoanalyse en dagelijks worden er nog wel enkele nieuwe uitgevonden, maar ik zal er hier nog één bespreken omdat dat regelmatig terug komt, ook in de pers.
Bij de Rohrschachtest wordt aan het onderwerp een blad met inktvlekken getoond en gevraagd wat hij erin ziet. Afhankelijke van de gegeven antwoorden zal de psycholoog zaken afleiden zoals verdrongen herinneringen, psychologische afwijkingen of ziekten. Als je het boekje van de Rohrschachtest letterlijk volgt, moet bijna iedereen geïnterneerd worden. Het is gebaseerd op Freudiaanse psychoanalyse. Het gaat ervan uit dat wat iemand in de inktvlekken herkent iets zegt over zijn onderbewuste, je weet wel dat onderbewuste uit de psychoanalyse, waarvan het bestaan nooit is bewezen en niet te verwarren is met het, wel aangetoonde, onbewuste. Over dat laatste zullen we het hebben als we over de wel onderbouwde theorieën zullen spreken.
Het gevaar van dergelijke onbewezen methoden wordt geïllustreerd door de zogenaamde “parachutemoord” waarbij de beschuldigde Els Clottemans veroordeeld werd op basis van de resultaten van een dergelijke test. (die niet beter is dan het lezen van een horoscoop.)
Zo, dat was een bloemlezing van de pseudowetenschappelijke modellen die populair zijn in de HR-wereld en gebaseerd zijn op de psychoanalyse. Volgende keer spreek ik over pseudowetenschappelijke modellen die niet direct uit de psychoanalyse komen.
Het citaat van vandaag komt van Massimo Pigliucci. Pigliucci is een Italiaanse bioloog en professor filosofie aan het NY-city college. Tot twee jaar geleden was hij co-host van de podcast Rationally Speaking.
Carl Sagan schreef ooit het iconische boek The Demon-Haunted World met als ondertitel Science as a candle in the dark. Vertaald: De door demonen bezeten wereld. En de ondertitel: Wetenschap als een kaars in het donker. Met die ondertitel bedoelde Sagan dat onze kennis is als een donkere ruimte waar we helemaal niets weten, maar wetenschap brengt een beetje licht in die donkere ruimte, waardoor we een klein beetje inzicht krijgen in de werkelijkheid. Maar het is slechts een kaars, er is nog altijd heel veel dat zich in het donker bevindt.
Massimo Pigliucci verwees naar deze ondertitel als hij het had over de missie van skeptici.
Pigliucci zei:
De reden waarom skeptici nodig zijn, is om de kaars brandende te houden en zoveel mogelijk te verspreiden.
In deze afleveringen spraken we over verdringing
Op de website evidencebasedHRM.be vind je nog veel meer
MBTI® (Myers Briggs Type Indicator).
MBTI volgens Adam Grand in aflevering 184
Insights™
Transactionele Analyse
Eneagram™ bij EvidencebasedHRM, op WikipediA en bij Skepter.
Volgens KloptDatWel kan je aan de Radboud-universiteit promoveren op het enneagram
Coaching volgens Carl Rogers
De Rohrschachtest
Hier komt het citaat uit.
Er staat een vervelend foutje in de voorlaatste paragraaf: de beschuldigde in de parachutemoord heette Els Clottemans, en niet Dottermans; dat is een volkomen onschuldige actrice.
Hoeps, bedankt. Ik was zo overtuigd dat die naam juist was dat ik het niet nodig vond om het te dubbelchecken. Naar aanleiding van jouw bericht wel gedaan.
En onmiddellijk gecorrigeerd.
Het toont nog maar eens aan dat het geheugen niet onfeilbaar is.
Mijn korte zoektocht toonde mij trouwens een artikel: Tien jaar na de parachutemoord: “Clottemans zal nooit bekennen”
Grote dank voor dit weliswaar ontluisterende overzicht. Wat is er een hoop nep-gespychologiseer!
Gepsychologiseer..
Rogers beweerde niet dat elk gesprek goed is bij coaching. De site waarnaar je verwijst, stelt dit trouwens ook niet. Rogers is niet hetzelfde als het Dodo bird verdict. En bovendien stelt het Dodo bird verdict ook niet dat elk gesprek goed is. Ze stelt wel dat elke bonafide (!) psychotherapie (!) gelijkwaardig is.
De site waarnaar je trouwens hiervoor verwijst, is ook niet meer up to date. Onderzoek staat niet stil en ook andere therapievormen zijn ook al veel vaker wetenschappelijk onderzocht en wel vaker gelijkwaardig bevonden aan CGT.
(2) Verder zijn een aantal zaken die Rogers aanhaalde, wel degelijk sterk wetenschappelijk onderzocht en gefundeerd. Je schrijft nochtans over de niet-onderbouwde ideeën van Rogers bij gesprekken… Zo is het belang van empathie in hulpverlenersgesprekken veelvuldig wetenschappelijk aangetoond én overgenomen door zowat elke therapeutische school, zoals CGT, systeemtherapie, psychodynamisch therapie, de derde generatie gedragstherapieën enz…
Ik zie je nog andere uitspraken doen die je uit de context trekt en die je dan ondergraaft. Zo heb je het ook nog over het model bij TA. Waarvan je schrijft dat het model zoekt naar simplistische modellen om menselijk gedrag te verklaren. In mijn ogen is elk model een vereenvoudiging van de werkelijkheid. Er is dan ook niks mis met een model, zolang ze als dusdanig wordt gepercipieerd. Zo maakt CGT wel vaker gebruik van het model alsof onze hersenen zouden werken als computers. Dit model is bruikbaar voor sommige zaken, maar voor andere weer niet. Maar daarmee wordt CGT niet plots waardeloos of pseudowetenschappelijk. Het model van de TA over moeder en kind, wordt trouwens wel vaker ingezet in ook andere therapievormen, zoals de schematherapie, de experiëntiële en emotion focused therapie. Van deze 3 therapievormen is de effectiviteit bij diverse psychiatrische stoornissen ook al aangetoond.
In wat je schrijft in sommige andere paragrafen, kan ik je dan wel weer vinden.